Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Totdat ik kom, en u haal in een land, als ulieder land, een land [44]van koren en van most, een land van brood en van wijngaarden, een land van olijven, van olie en van honig; zo zult gij leven en niet sterven; en hoort niet naar Hizkia, [45]want hij hitst u op, zeggende: De HEERE zal ons redden. 44. Versta door deze dingen alle tijdelijke goederen, waarmede God een land zegent. Zie Ex.3:9; Deut.32:13,14; Job 20:17, mitsgaders de aantekening. 45. Anders, als hij u verleidt, of ophitst, of overreedt.